De leilinde is een lindeboom waarbij de takken geleid worden in een bepaalde richting.
De leilinde is makkelijk om voor je huis te planten, en heeft als bedoeling een scherm te bieden tegen zonlicht, sneeuw, wind of regen. Om deze boom zo mooi mogelijk te houden, is het snoeien van de takken van betekenis.

Leilinden snoeien heeft een positief effect op de gezondheid en productiviteit van de boom. Het is nodig om deze boom te snoeien, zodat de vorm wordt behouden, en het scherm netjes blijft. Zijtakken die de verkeerde kant op groeien snoei je daarom best af. 

In deze Tuintoppers blogpost zal het gaan over:

• Wanneer je leilinden snoeit.
• Hoe je leilinden snoeit.
• Materiaal 
• Snoeien van jonge en volgroeide leilinden.
• Vaak voorkomende fouten

Wanneer snoei je best leilinden? 

Leilinden snoei je twee keer per jaar. Het snoeien van leilinden is afhankelijk van het seizoen. 

De belangrijkste snoei van de boom gebeurt in de winter en in het vroege voorjaar, wanneer de boom kaal staat. Dit is het beste moment om de boom te snoeien, aangezien de kaalheid van de boom hetmakkelijker maakt en dus geen bladeren in de weg zitten.

Het tweede moment dat je de boom kan snoeien is in de zomer. In de zomersnoei is het zelf inschatten of dit nodig is of niet. De zomersnoei is meestal om de leilinde nog wat bij te stellen. In de zomermaanden lopen de takken wat uit, waardoor een snoeibeurt nodig is om de orde van de takken te herstellen. De maanden juni en juli zijn ideaal voor de snoei. In de maanden april, mei, augustus en september laat je de boom best met rust. 

Soms komt het voor dat bij het snoeien er zich reeds nieuwe knoppen vormen. Vanuit de afgeknipte takken loopt hij weer uit, maar als je hem voor een eerste keer hebt geknipt, zal je voor de tweede keer minder snoeiwerk hebben. Dan knip je het meeste van de zijtakken weg.

Hoe snoei je leilinden? 

Leilinden snoeien kent verschillende technieken. Om de boom zo eenvoudig mogelijk te snoeien, moet je een aantal zaken in acht nemen. Het is belangrijk om daarom over de juiste snoeischaar te beschikken, en de takken op de juiste wijze af te knippen.
De takken afknippen doe je zo:

1. Net voor de stam van de boom knip je de twijgjes af;
2. De verdikking die hierbij achterblijft laat je zitten;
3. Met een scherpe snoeischaar maak je een mooie snoeiwond;
4. De vlakke snoeiwond die overblijft kan netjes overgroeien;

Wanneer je je leilinde in de winter snoeit, knip je alles terug tot de horizontale armen, en de takjes die aan de verticale stam groeien, knip je verder weg. De twijgjes van de boom knip je zo dicht mogelijk bij de stam af. De verdikking van de uitloper mag je laten blijven zitten.

Wanneer je de leilinde in de zomer snoeit, ga je de lijnen terugbrengen in de boom, zodat de zwevende heg terug in de juiste vorm gebracht wordt. Met een goede heggenschaar snoei je alle uitlopers terug tot een rechte lijn. 

Verder zijn er 3 methodes te onderscheiden bij het snoeien van leilinden:

1. De leilinden knotten 

Leibomen knotten houdt in dat de zijscheuten tot dicht bij de hoofdtak worden teruggenomen. Na het snoeien blijft dus een knoest over. Zo zijn de zij- en hoofdtakken goed van elkaar te onderscheiden. Met een snoeischaar knip je alle zijscheuten terug tot op de hoofdtak.

Het nadeel van knotten is dat het vrijwel altijd in de winter moet gebeuren, wanneer het blad van de boom verdwenen is. Het voordeel is dat je bij een kale lindeboom in de winter de zij- en hoofdtakken goed van elkaar kunt onderscheiden.

2. De leilinden scheren als een haag 

Zoals je een haag zou knippen, zou je ook de leilinde scheren. Hierbij knip je langs het scherm af, zodat het model er terug in komt. De tweede methode houdt in dat je delen van de zijscheuten afknipt. 

Hierbij ontstaat een scherm met meer fijne vertakkingen en dus meer blad, wat voor een dichtere leiboom zorgt.

Nadeel bij deze techniek is dat je het best op een bewolkte en frisse dag snoeit. Het voordeel is dat dit scheren gebeurt in de zomermaanden van juni en juli. 

3. Uitdunnen en terugsnoeien 

Het uitdunnen van het aantal takken bij een leiboom houdt de boom gezond. Hierbij gebruik je best een snoeischaar. Daarbij bepaal je zelf gericht welke takken je terugneemt, en welke niet.

Je knipt bij deze techniek de zijscheuten of de scheuten tot ongeveer 10 à 15 centimeter van de hoofdtak terug. Kruisende takken neem je compleet weg.

Het voordeel van deze techniek is dat je de methode zowel in de winter als in de zomer kan toepassen. 

Deze 3 snoeimethoden kunnen naast elkaar worden gebruikt. Meestal wordt de leilinde in de zomer eenmalig geschoren, zodat de leiboom in model wordt gebracht, terwijl in de winter ze geknot wordt. 

Materiaal nodig om leilinden te snoeien 

In bijna alle gevallen zal een kleine snoeischaar volstaan voor het snoeien van de boom. Met een kleine snoeischaar snoei je gericht, zodat er geen blad- en vrucht schade kan optreden. Bij leibomen met een groot blad is het aan te raden een snoeischaar voor één hand te gebruiken, zodat de snijwond vaak goed zichtbaar is. 

Bij volgroeide bomen kan je snijden met een heggenschaar. Deze schaar vermijd je best te gebruiken wanneer je vruchtdragende leilinden gaat snoeien. Bij een lei-sierappel is met een snoeischaar terugknippen het best.

Takkenscharen zijn goed voor grotere takken vanop een afstand af te knippen. Let wel dat zowel bij de heggenschaar als bij de takkenschaar je minder nauwkeurig te werk gaat. 

Al het materiaal nodig om leilinden te snoeien worden onderhouden op dezelfde manier:

1. Goed wassen met zeep en laten drogen, zodat er geen vuiligheid blijft plakken;
2. Met een anti-roest spuitbus het staal voorzien van een laag dat beschermt; 
3. Gebruik voor het verder verscherpen van het materiaal een slijpsteen;

Snoeien van jonge leilinden 

Jonge leilinden kan je al snoeien zodat de vorm en de structuur van jongs af behouden blijft in de boom. Op deze manier ontwikkelt de boom zelf zijn structuur die het zal behouden voor de rest van zijn leven.

Best vermijd je om 25% van het oppervlak van de jonge bomen te verwijderen, en geef je de jonge bomen 2 tot 4 maanden de tijd om te herstellen na agressief snoeien.

Bij jonge leilinden is het ten slotte cruciaal erop te letten dat je niet per ongeluk een uitgeleide arm weggeknipt hebt. 

Snoeien van volgroeide leilinden 

Voor volgroeide, volwassen leilinden kan je het oud hout verdunnen, aangezien het niet meer productief is voor de boom. Leilinden die volgroeid zijn kan je vroeg in de lente snoeien wanneer het een koeler klimaat is. Dat is normaal gezien in februari of maart. 

Om de gezondheid van de rijpende vruchten van de leilinde te verbeteren, is het goed om leilinden te snoeien, zodat zonlicht door kan komen. Leilinden moet je daarom aan de top kleiner houden, en dikker aan de stam, waarbij je de takken in het midden verwijdert zodat het geheel zich meer kan openen – en dus zonlicht door kan komen. 

De luchtcirculatie door het snoeien van een volgroeide leilinde zorgt eveneens dat er minder kans is op ziektes voor de boom. 

Vaak voorkomende fouten om te vermijden

Vaak voorkomende fouten bij het snoeien van leilinden kunnen zijn:

1. Je hebt te veel afgedaan; 
2. Je hebt bij het snoeien wonden aan de boom zelf gemaakt; 
3. Je hebt gesnoeid wanneer het te koud is
4. Je hebt te lang gewacht

Voor het snoeien is het belangrijk om koude temperaturen en vorst te vermijden. Maar je kan ook nooit te lang wachten. Ook moet je bij jonge leilinden opletten met het aantal keren je de boom snoeit, en hoe voorzichtig je dat doet.

Snoeien moet je tijdens de juiste weersomstandigheden doen. Ook kan je bij het snoeien vermijden dat er ziektes op de boom voorkomen door de takken zo te snoeien dat zonlicht een vrije doorgang heeft. 

Conclusie

Leilinden snoeien kan een belonende taak zijn, maar tenminste als je het ook goed doet. Je doet dit best op de juiste momenten, wanneer de temperatuur goed zit, en het juiste seizoen er voor is.

Veel van het werk bij het snoeien kan je ook vermijden met goed onderhouden materiaal. Neem mee dat het snoeien van jonge bomen anders is dan volgroeide en volwassen bomen.